Vanaf vandaag 35 jaar geleden, De Krimson-crisis van Suske en Wiske dagelijks te lezen in De Standaard en Het Nieuwsblad tot en met 12 maart 1988.

De eerste albumuitgave was in september 1988.

Dit verhaal speelt zich af op de volgende locaties: café ‘n Bolleke, theater ’t Peertje, café het Verdriet van Vlaanderen, kasteel Hertoginnedal, een fort en het stadspark.

“Het Verdriet van Vlaanderen” is een allusie op Hugo Claus’ boek Het Verdriet van België (1983).

“Vlaanderen leeft” was in 1987-1988 een culturele campagne in Vlaanderen om het Vlaamse zelfbewustzijn aan te wakkeren.

Anna Plan is een allusie op het Sint-Annaplan van de regering-Martens VI.

Er wordt verwezen naar veel Bekende Vlamingen of Vlaamse historische figuren zoals Lutgart Simoens, Freddy Sunder, Armand Pien, Toots Thielemans, Raymond van het Groenewoud, Peter Benoit, Jacob van Artevelde,….

Volgende mensen komen echt in beeld: Gaston en Leo, Will Tura, Johan Verminnen, Urbanus, Eddy Wally en De Strangers.

Op pagina 55, strook 216 vechten alle bekende Vlamingen tegen Krimsons troepen. Tijdens de vechtpartij worden er verschillende uitspraken gedaan:

– Urbanus: “Wreed accident!” (“ernstig ongeluk”), een verwijzing naar een bekende sketch waarin hij een zogenaamde kettingbotsing heeft veroorzaakt.

– “Amaai m’n voeten ze kloppen op menne kop!”

– “’t Is v’r mee te doen aan het speil” verwijst naar het radio-typetje Vercruusse, bekend uit Radio Deprimo.

– “Hoger! Nee lager!” is een verwijzing naar het destijds populaire televisieprogramma Hoger, lager.

– “Allez, Tootske, blazen jong”, verwijst naar Toots Thielemans

– “Zo’n rettepetet die mé lullen heure tijd verschet” is een verwijzing naar het nummer “’n Rettepetet” (1987) door De Strangers.

– “Je veux de l’amour” verwijst naar het gelijknamige lied van Raymond van het Groenewoud

– “Ik voel me goed” verwijst naar het gelijknamige lied van Johan Verminnen

– “Oep m’n mansarde” verwijst naar Wannes Van de Veldes lied Mijn mansarde

– “Gordelen moet je doen” verwijst naar de slogan van De Gordel.

– “Heila Van ’t Groenewoud, in ’t Vlaams, hé zotteke!”

Aan het einde van het album wordt verwezen naar Marc Sleen en zijn reeks Nero, waar de hoofdpersonages van Suske en Wiske aan de wafelenbak bij Nero deelnemen.

Verschillende historische figuren in het album speelden ook al in vroegere Suske en Wiske-albums een belangrijke rol.

Zo dook Pieter Breughel de Oude al op in Het Spaanse spook en zijn gelijknamige schilderij in De dulle griet.

Naar Ambiorix werd al verwezen in het album Lambiorix.Peter Paul Rubens dook al eerder op in het album De raap van Rubens en Emmanuel Jozef Van Gansen in De gladde glipper.

Vandersteen maakte ooit twee stripalbums rond Tijl Uilenspiegel en De Geuzen is een andere stripreeks van hem.

In het verhaal is Schanulleke ineens verdwenen.

In andere albums gebeurt dat ook weleens, maar wordt ze altijd teruggevonden.

In dit verhaal echter niet.

Dit album is het enige Suske en Wiske-verhaal dat niet naar het Frans vertaald is.

Dit wegens de thematiek van het verhaal (Vlaams-nationalisme) dat ongeschikt bevonden werd voor een Waals publiek, alsook de vele referenties naar Vlaamse figuren en zaken die onbekend zijn in Wallonië.

In de plaats daarvan verscheen album 215 met twee gebundelde kortverhalen: De dappere duinduikers en Het monster van Loch Ness (Frans: “Les plongeurs des dunes” – “Le monstre du Loch Ness”) (Diverse bronnen en Wikipedia)

Vandaag is het ook al 10 jaar geleden dat de Nederlandse actrice Sylvia Kristel is overleden.

Vandaag is het ook al 10 jaar geleden dat de Nederlandse actrice Sylvia Kristel is overleden
Vandaag is het ook al 10 jaar geleden dat de Nederlandse actrice Sylvia Kristel is overleden.
Vandaag is het ook al 10 jaar geleden dat de Nederlandse actrice Sylvia Kristel is overleden.

Vanavond avant-première van de voorstelling van het nieuw album Oudenaarde een idioticon van de Gentse Oudenaardist Steef Verwee bij Madam in Kluisbergen om 18u30 en op vrijdag 25 maart om 20 u in het kasteel Liedts Park in Oudenaarde.

Steef Verwée (1951) was reeds van kindsbeen – samen met zijn vader José – gepassioneerd door het Oudenaards intermuros dialect.

De gehele familie sprak generaties lang het ouwenors.

De familieroots gaan terug tot midden 16° eeuw.

De eerste brief tussen voorvader Jozef Verwée en zijn zonen stamt uit 1730.

Rond zijn 18 jaar schrijft Steef zijn meeste Oudenaardse liederen waar hij plaatselijk mee optreedt.

Rond 1973 – na zijn studies aan het conservatorium te Gent – begon zijn musical- en theater loopbaan in NTG, Arca, Arena, theater poëzien e.a.

Om zijn eigen creatie’s op een professioneel niveau te brengen schoolt hij zich bij in script-writing en lighting design ( Londen, A’dam…).

Mede door zijn succesvolle creaties ( o.a.Claus on the Rocks) in professionele theaters kan hij daardoor tijdelijk aan de slag bij het KNTV als artistieke begeleiding bij amateurgezelschappen in Vlaanderen.

Dit was een dankbare broodwinning voor de toen jonge vader van twee kinderen.

In die periode richt hij als auteur-componist zijn eigen uitgeverij De Cirkel op.

Na zijn werkzaamheden in Theater Arena sticht hij zijn firma Applied Promotions Intermed nv, die instaat voor cultuurspreiding intern de bedrijfswereld.

Hij blijft ondertussen actief met het creëren van eigen werk met als belangrijke ervaring de première van zijn The Erotic Opera (25-en 26 juni 1985) in de stadsschouwburg van A’dam.

Een dichte vriendschap met Hugo Claus zal eveneens een groot deel van zijn verdere creatief werk beïnvloeden.

Door toeval of niet wordt Steef gevraagd ifv de retrospectieve tentoonstelling Beatles, Bombardons en Buuneklakkers (2012 in de oude brandweerkazerne) zijn jaren-60 liedjes in het Oudenaards dialect nog eens uit te voeren.

Steefs liedjes trekken de aandacht van het Oudenaards stadsbestuur, die hem vragen om deze liedjes op cd vast te leggen.

Dit resulteert in ‘Oudenaarde een Hymne’, een drieluik-uitgave met booklet en een selectie van 20 Oudenaardse liederen, composities.

Vanavond avant-première van de voorstelling van het nieuw album Oudenaarde een idioticon van de Gentse Oudenaardist Steef Verwee in het kasteel Liedts Park in Oudenaarde.

De live uitvoering van de liederen bij de cd-release vindt plaats in het CC De Woeker (2014).

Steefs prestatie wordt door het Stadsbestuur bekroond met de eervolle titel ‘Ambassadeur van het Oudenaards Dialect’.

Na een ernstig ongeval in 2015 dring zich een onvermijdelijke rustperiode op en Steef zet zich terug aan de componeer- en schrijftafel met als resultaat enkele nieuwe CD-uitgaven en drie theatercreaties, maar ook vooral 18 nieuwe liederen in de Oudenaardse streektaal met als belangrijke thematieken geschiedenis, erfgoed, emotie en plezier.

Voor de nieuwe CD ‘ Oudenaarde een idioticon’ naar analogie met ‘Isidoor Teirlincks Zuid-Oostvlaandersch idioticon’ (1905) laat Steef zich inspireren door Oudenaarde en verhalen en sagen uit de deelgemeenten, maar ook door het Horebeke van de Geuzen.

In tegenstelling tot ‘ Oudenaarde een Hymne ‘ (2014) worden in de nieuwe cd (2022) heel wat uitdrukkingen, oude woorden, woordvormen en zegswijzen aangewend die in onze omgangstaal dreigen te verdwijnen. Aldus een idioticon waardig.

Verwee wil met de cd mensen laten genieten van zijn dialect, maar ook wat geschiedenis meegeven.

Vanavond avant-première van de voorstelling van het nieuw album Oudenaarde een idioticon van de Gentse Oudenaardist Steef Verwee in het kasteel Liedts Park in Oudenaarde.

Zijn goede vriend Marijn Devalck zal te zien zijn in de videoclip ‘Largootje voor mijn prinsesje’.

Deze videoclip werd geregisseerd en opgenomen door het professioneel team van de Vlaamse film Adam en Eva die al heel wat nominaties in de wacht sleepten, en waarin Marijn Devalck en Bob De Moor samen met een klein meisje van acht jaar de hoofdrollen speelden.

De regisseur was Nicolaas Rahoens. De cameraman was Piet Meerschaut.

Vanavond avant-première van de voorstelling van het nieuw album Oudenaarde een idioticon van de Gentse Oudenaardist Steef Verwee in het kasteel Liedts Park in Oudenaarde.

De cd is te koop bij Music House, Krekelput in Oudenaarde, ‘De Standaard’ boekhandel, Nederstraat in Oudenaarde en Het Mou (toeristische dienst) in Oudenaarde. Prijs: 16,50 euro.

Zaterdag 23 april om 20 uur officiële première van het album op het Wereld Erfgoed Weekend in het in het CC van Oudenaarde. (Diverse bronnen, Patrick Depypere en AVS)

Vanavond avant-première van de voorstelling van het nieuw album Oudenaarde een idioticon van de Gentse Oudenaardist Steef Verwee in het kasteel Liedts Park in Oudenaarde.

45 jaar geleden, Hugo Claus verliefd op Marja Habraken (De Post 6 maart 1977)

De verzwegen zelfdoding van de geliefde van Hugo Claus (voor Marja Habraken (1939 – 1989))

Je had een liefdesrelatie met Hugo Claus en na je zelfdoding is dat met opzet weinig bekend gemaakt, omdat Hugo’s reputatie en verkoopcijfers daar onder zouden kunnen lijden.

Hugo zelf vond zichzelf niet schuldig aan jouw zelfdoding, maar wel medeplichtig.

Op 7 april 1989 heb je in Amsterdam zelfdoding gepleegd door jezelf op te hangen. Je werd 49 jaar.

Je laatste rustplaats is op begraafplaats/crematorium Westgaarde.

Na je zelfdoding schreef Hugo Claus in het gedicht ‘M.’ o.a.: ‘God geve dat je dronken was, straal, ladderzat waar geen ladder was, men haalde er een, men knoopte je los en ook toen was ik er niet, ook toen liet ik jou in de benauwde koude.’ (Joanan Rutgers en De Post 6 maart 1977)

45 jaar geleden, Hugo Claus verliefd op Marja Habraken (De Post 6 maart 1977)

Vanaf vandaag 20 jaar geleden de film De film De Verlossing van Hugo Claus te zien in de Vlaamse bioscoop (14 november 2001)

Vanaf vandaag 20 jaar geleden de film De film De Verlossing van Hugo Claus te zien in de Vlaamse bioscoop (14 november 2001)
Vanaf vandaag 20 jaar geleden de film De film De Verlossing van Hugo Claus te zien in de Vlaamse bioscoop (14 november 2001)
Vanaf vandaag 20 jaar geleden de film De film De Verlossing van Hugo Claus te zien in de Vlaamse bioscoop (14 november 2001)
Vanaf vandaag 20 jaar geleden de film De film De Verlossing van Hugo Claus te zien in de Vlaamse bioscoop (14 november 2001)
Vanaf vandaag 20 jaar geleden de film De film De Verlossing van Hugo Claus te zien in de Vlaamse bioscoop (14 november 2001)

Vandaag 90 jaar geleden, de geboorte van Pim De Rudder.

Eigenlijk wilde Pim De Rudder beeldhouwer worden, maar de paters van het Sint-Barbaracollege hadden hem dat afgeraden.

Hij ging dan maar architectuur studeren in Sint-Lucas in Gent.

Later keerde hij terug naar zijn geboortehuis in zijn dorp tussen de Oost-Vlaamse polders.

De Rudder maakte in de culturele wereld naam als galeriehouder.

Zijn kunstgalerij in de Hoogstraat lokte heel wat grote namen naar een ‘boerengat’ als Assenede.

Zo vond de eerste kunstexpositie van Hugo Claus plaats in zijn galerij. Maar ook Roger Raveel. Floris Jespers, Pjeroo Roobjee, Jan Decleir, Drs. P., Jan Hoet en zelfs voormalig eerste minister Théo Lefèvre behoorden tot Pims kennissenkring.

Dit jaar zijn er heel wat activiteiten rond ’60 Years of Gallery’ in de galerij Stichting Pim De Rudder in Assenede. (Diverse bronnen en foto’s Hans de Greve)

30 jaar geleden, te gast bij de Vlaamse stripauteur, kunstschilder en illustrator Jan Bosschaert.

Op 16-jarige leeftijd verscheen er al een publicatie van Bosschaert in het stripblad Robbedoes. Vervolgens studeerde hij Vrije Grafiek aan het Sint-Lucasinstituut in Brussel.

Zijn eerste stripverhaal Icarus kwam uit in 1981. In 1983 verscheen Pest in ’t Paleis, een persiflage op de Belgische politiek, naar een scenario van Humo-journalist Guido Van Meir.

In 1998 tekende hij voor Urbanus het eerste album van een nieuwe stripreeks: De Geverniste Vernepelingskes.

In 2012 stopte hij tijdelijk met de reeks om zich meer bezig te houden met andere projecten.

Ander bekend werk van Bosschaert zijn de reeksen Sam en Jaguar.

Naast zijn stripverhalen is Jan Bosschaert bekend als kunstschilder en als illustrator. Dit laatste doet hij eerst en vooral voor de VRT, nadien voor een grote hoeveelheid uitgeverijen (onder andere Averbode, Uitgeverij Lannoo …), tijdschriften (Panorama) en schrijvers (onder anderen Marc de Bel, Katie Velghe). Ook enkele platenhoezen (onder anderen voor Pitti Polak, Plastic Bertrand, The Paranoiacs) en affiches (Saint-Amour) van zijn hand zijn verschenen.

Ter gelegenheid van 70 jaar Suske en Wiske tekende hij het stripverhaal De verwoede verzamelaar geschreven door Jan Verheyen.(Diverse bronnen, Wikipedia en De Post 11 januari 1991)

30 jaar geleden, te gast bij de Vlaamse stripauteur, kunstschilder en illustrator Jan Bosschaert.

Vandaag is het ook al 21 jaar geleden dat de Vlaamse journalist en hoofdredacteur Jef Anthierens is overleden.

Anthierens was de oudste broer van Johan en Karel Anthierens.

Hij studeerde Germaanse filologie aan de Katholieke Universiteit Leuven.

Begin jaren vijftig werd Anthierens hoofdredacteur voor Humoradio, de Vlaamse versie van het populaire weekblad Le Moustique.

Het blad bevatte toen een gedetailleerd overzicht van de radioprogramma’s, feuilletons, moppen en cartoons getekend door Morris, de tekenaar van Lucky Luke.

Toen Anthierens voor het blad begon, had Paul Dupuis de macht over de drukkerij, terwijl zijn broer Charles de redactie verzorgde en de Nederlandse vertaling door zijn zwager, de ingetrouwde Nederlander René Matthews.

Anthierens werkte er nog maar net toen het bedrijf van Marcinelle naar de Centrumgalerij in Brussel verhuisde, waar de sfeer veel bruisender was.

De Nederlander Jan Kuypers zorgde toen voor de Nederlandse vertaling van hun weekbladen.

Anthierens werd spoedig een van de meest actieve journalisten voor het blad.

Hij reisde de wereld rond, wat voor Vlaamse journalisten in die jaren nog uitzonderlijk was, en maakte naam met een reeks over vliegende schotels.

Deze reeks zorgde dat hij gevraagd werd voor talloze lezingen en ook professor John Van Waterschoots aandacht trok.

Van Waterschoot vond deze artikels zo interessant dat hij ufoloog werd.

Vanwege zijn succes werd Anthierens tot hoofdredacteur van Humoradio benoemd.

In deze functie introduceerde hij rubrieken die vandaag nog steeds in Humo staan: de brievenrubriek Open Venster en de televisiekritiek Dwarskijker, die toen nog door Willy Courteaux werd verzorgd.

Ook het grote interview van de week, Humo sprak met… werd door Anthierens bedacht en maakte meteen een grote start via de interviews met minister Renaat Van Elslande en auteur Hugo Claus.

Anthierens zorgde ervoor dat Humo uitgroeide tot een volwaardig blad dat niet zuiver een flauw doorslagje van Le Moustique was.

Ook kortte hij in 1958 de naam van het blad in tot Humo.

Hij legde zelfs de basis van de rock-‘n-roll-reputatie van het blad door artikels rond dit muziekgenre toe te staan en achteraan in het blad hitteksten af te drukken.

Onder het pseudoniem Bert Brem schreef hij een biografie over Elvis Presley.

Voor die tijd gevoelige thema’s als homoseksualiteit werden bespreekbaar gemaakt en de wijze waarop het Standaardnederlands werd gehanteerd werd spoedig ook door andere bladen overgenomen.

Dupuis was zo tevreden over zijn werk dat Anthierens tot algemeen hoofdredacteur werd benoemd, waardoor hij ook baas werd van de Franstalige publicaties.

Eind 1968 besloot hij echter hoofdredacteur te worden van Panorama en later van De Post, Spectator, Sportmagazine. In de jaren tachtig richtte hij het tijdschrift Eos op, waarvan hij eveneens hoofdredacteur werd.

Anthierens verloor echter veel van zijn werkvreugde en dreef op politiek vlak steeds meer af naar extreemrechts.

Zo begon hij in 1976 voor het blad ’t Pallieterke te werken en de pro-apartheidsvereniging Protea, waarvan hij tevens stichtend lid was.

Hij vond ten slotte enkel nog plezier in de publicatie van diverse handboeken, zoals een Nederlands synoniemenwoordenboek.

Hij heeft ook tien jaar voor de Vlaamse televisie gewerkt.

Anthierens overleed op 74-jarige leeftijd in het Brusselse AZ-ziekenhuis aan een hersenbloeding, die hij twee weken eerder in Spanje had gekregen. (Diverse bronnen, Wikipedia en foto’s De Post 25 oktober 1990)

Vandaag 40 jaar geleden, overlijdt de Gentse schilder Camille D’Havé.

Camille D’Havé is geboren in Gent op de eerste mei in 1926.
Hij was een klasgenoot van Raveel en Hugo Claus linkte hem aan Goya en Picasso.

Camille D’havé was in de jaren 1940 lid van de Gentse kunstenaarsgroepering La Relève.

Vijf jaar geleden verscheen het boek Camille D’havé & La Relève van Willem Elias D’havé.
Dit boek toont een zestigtal werken van zijn hand en confronteert die ook met schilderijen van de La Relève-kunstenaars, onder wie Roger Raveel en Jan Burssens.
‘Een verbeeldingsrijke realist’, noemt auteur Willem Elias D’havé – doelend op de vreemde creaturen en fantasietaferelen die zijn werken kenmerken, maar ook op de boodschap over mens en wereld die hij ermee poneerde.


Want dat is het grote thema van de kunstenaar: de mens als een tot falen gedoemd wezen.
Naast de bijdragen van Elias vindt u ook teksten van Pjeroo Roobjee, Roger Marijnissen en Hugo Claus, aangevuld met een aantal interviews, met o.a. Flor Bex.


Camille D’Havé is 54 jaar geworden en ligt begraven op het kerkhof van Sint-Amandsberg.

Tentoonstelling, van de Grande Dame Motte van de Hotsy Totsy in galerie Pim De Rudder Assenede en dit nog tot 25 oktober 2020 elke zondag van 15 u tot 18 uur)

Het verhaal van de befaamde ‘Hotsy Totsy Club’ start in 1973, het jaar waarin zijn jongste broer Johan Claus (1938-2009) het pand – gelegen op de hoek van de Hoogstraat met de Oude Houtlei – inricht en decoreert met voor ogen de gelijknamige ‘Hotsy Totsy Club’ van Al Capone uit het Chicago van de jaren dertig.

In datzelfde jaar nog laat hij de exploitatie over aan broer Guido die er zijn levenswerk van maakt.

Het unieke interieur, de gezelligheid en de persoonlijkheden van Guido en levensgezellin Motte geven het artiestencafé een renommé tot ver buiten de grenzen.

Ook broer Hugo Claus, Jan Hoet, en vele anderen, zijn er een graag geziene gasten, die regelmatig een kaartje legt met zijn broer en zijn literaire vrienden.

Van Hugo Claus hangt buiten aan de zijmuur van de Oude Houtlei trouwens een lofgedicht op Guido Claus en op de ‘Hotsy Totsy’, genaamd ‘Achter deze gevel hier’.

De ‘Hotsy Totsy’ is als authentiek Gentse artiestencafé ruim 45 jaar een begrip in Gent en is nog steeds een pleisterplaats voor iedereen die geïnteresseerd is in kunst en cultuur.

Op 17 maart 1983, stelde Hugo Claus in de club zijn lang verbeide magnum opus Het verdriet van België voor aan pers en publiek.

De publicatie zorgde in de Belgische pers voor een nooit geziene hype.

Van 1986 tot 1991 vormde Guido Claus met Jan Albert De Bruyne (alias ‘Prof. Arnoldus Goedbier’) het muzikaal straattheater-duo ‘Twee Wezen’, speelde hij in de toneelbewerking van Lijmen & Het been (naar Willem Elsschot) in het NTG (september 1986), en vertolkte tevens een tiental rolletjes in films, onder meer in: ‘De Loteling’ (1973), ‘Vrijdag’ (1981) en ‘Hector’ (1987).

In november 1991 overlijdt Guido Claus plots en koopt de Groep Druwel de zaak en het nabijgelegen pand.

Na de restauratie van het gebouw, verkoopt de Groep Druwel de zaak aan Patrick De Graeve, die de zaak een nieuwe boost gaf en waar Motte Claus deel uitmaakt van zijn team.

Al enkele jaren is de uitbating van de Hotsy Totsy in goede handen van Lara.

Vernissage Motte Claus in galerie Pim De Rudder Assenede. Van 4 tot 25 oktober 2020 elke zondag van 15 u tot 18 uur. Stichting Pim De Ridder Hoogstraat 4-6 Assenede.

Vandaag 45 jaar geleden, première van de Nederlandse film “Het jaar van de kreeft”

Met in de hoofdrollen Willeke van Ammelrooy en Rutger Hauer.

De regie was in handen van Herbert Curiel.

De Vlaamse schrijver Hugo Claus verhuisde in maart 1970 naar Amsterdam.

Hier ontmoette hij actrice Kitty Courbois met wie hij tot 1971 een stormachtige verhouding had.

Courbois verliet de schrijver en na de breuk verwerkte Claus zijn ervaringen in de roman Het jaar van de kreeft.

Anders dan in de film sterft Toni in het boek aan kanker (‘cancer’ en ‘krebs’, respectievelijk het Engelse en Duitse woord voor kreeft, betekent in die talen ook kanker).

In de film ligt de nadruk op de eigenschappen van het sterrenbeeld van Toni, Kreeft.

Aanvankelijk was het de bedoeling dat Rijk de Gooyer de rol van Pierre zou spelen.

Hij had daarvoor in ieder geval de juiste leeftijd.

Maar De Gooyer weigerde de hoofdrol.

Hij was een liefhebber van de meeste boeken van Claus, maar vond Het jaar van de Kreeft op het niveau van een keukenmeidenroman, daarbij zag hij ook weinig in de samenwerking met de hem onbekende regisseur Herbert Curiel.

Rutger Hauer nam de rol over, al was hij eigenlijk te jong.

‘Sex, dood, tranen staan ruim gedoseerd in dit verhaal van psychische verwarring.

Het jaar van de kreeft is het liefdesverhaal tussen een geslaagde man van de wereld, Pierre, en Toni, een kapster in het revue-wezen, of wat daarvoor door gaat.

Zij is geen schoonheid, maar haar onvolkomenheden ontroeren Pierre juist.

Zij wekte verdriet in hem, tederheid, en tegelijkertijd was zij een vreemdelinge waarvan de eigengereide geslotenheid hem ergerde en verwarde.

Al gauw blijkt dat Toni in seksueel opzicht frigide is.

Ze herinnert zich slechts één keer klaargekomen te zijn, toen haar echtgenoot, Karel, haar ontmaagdde.

Maar goed, het is dus niet alleen seks geblazen, maar ook Allesverslindende Liefde.’ – Gerrit Komrij in Vrij Nederland

Vandaag 45 jaar geleden, première van de Nederlandse film Het jaar van de kreeft
Vandaag 45 jaar geleden, première van de Nederlandse film “Het jaar van de kreeft”