

Verbiest Aloïs was vanaf zijn 15de jaar bakkersknecht in het Antwerpse en maakte deel uit van de Kajottersbeweging.
In maart 1940 werd Verbist als soldaat opgeroepen, krijgsgevangen genomen en in juni naar huis gestuurd.
In november 1940 ging hij in Duitsland werken en verrichte aldus vrijwillige arbeidsdienst voor de bezetter.
Hij huwde in september 1941 de dochter van de Nijlense oud-strijder Gysemans, lid van het Verbond der Vlaamse Oud-strijders (VOS), maar dit maakte van hem geen Vlaamsgezinde.
Op 20 januari 1943 legde Verbist de eed af als verzetsman in de Nationale Koninklijke Beweging (NKB).
Gegroeid uit een rexistische jeugdgroep werd deze beweging als gevolg van haar onvoorwaardelijke koningsgezindheid slechts gedeeltelijk en moeizaam erkend als verzetsgroepering.
Ondanks dit lidmaatschap en het verlenen van onderdak in zijn eigen bakkerij in Antwerpen aan ondergedoken werkweigeraars (1943), werd Verbist omwille van zijn vrijwillige arbeidsdienst voor de Duitse bezetter niet erkend als burgerlijk verzetsman.
Verbist deed nooit aan gewapend verzet, maar speelde wel een heldhaftige rol bij de bevrijding als brancardier van de in Antwerpen intredende Canadese troepen.
Voor deze daden kreeg hij verschillende medailles.
In 1946 trad Verbist toe tot de uit de NKB ontstane Leopold III-beweging, die vooral optrad bij manifestaties rondom de Koningskwestie.
In 1955 werd hij tewerkgesteld op het ministerie voor arbeidsvoorziening in Brussel.
Daar maakte de achteruitstelling van de Vlamingen hem tot een bewuste flamingant en trad hij toe tot de V.B.
In 1963 sloot hij zich aan bij de Vlaamse Volksbeweging, maar hij vond deze niet radicaal genoeg en vervoegde de Vlaamse Militanten Orde (VMO).
Op verzoek van Wim Maes droeg hij bij talloze amnestie manifestaties steevast zijn eretekens die hij verdiend had bij de bevrijdingsgevechten.
Zo hing hij bij de Bormsherdenking in 1966 als protest zijn decoraties op aan de kerkhofmuur.
In hetzelfde jaar richtte hij met een vijftal andere gewezen verzetslieden en Hubertina Aretz het Vlaams-Nationaal Verbond van Weerstanders en Politieke Gevangenen op.
Sindsdien was Aloïs Verbist een groot ijveraar voor amnestie, die zijn vaak spectaculaire acties met allerlei stunts gepaard liet gaan (hongerstaking, vastketenen met een gewezen oostfronter tot een gevangenisstraf). (Diverse bronnen, De Post van 9 juli 1972 en Patrick Duportail)




